De échte nieuwigheid is er een beetje af, en dat is goed nieuws. Sommigen gaan er vanuit dat we over een paar jaar niet meer naar de winkel hoeven omdat alles thuis uit de printer rolt. Daar geloven wij niet zo in. 3D printen is wel een hele goeie manier om snel prototypes te maken van complexe vormen. Of om snel en goedkoop reserveonderdelen te distribueren. En wat te denken van ‘maatwerk’ in de vorm van protheses en implantaten. Op het Steamlab willen we leerlingen vertrouwd maken met de 3D printer als gereedschap.
Uitdaging 1. Hoe maak ik een ontwerp in 3D dat geschikt is voor een 3d printer? Een van de mooiste programma’s daarvoor is Tinkercad het is gratis en online beschikbaar, dus leerlingen kunnen ook thuis (verder) werken. Tinkercad is het kleine broertje van Autocad. De vaardigheden die ze in Tinkercad opdoen zijn dus ook nuttig voor vervolgprogramma’s. Voor docenten is het mogelijk om een groepsaccount aan te maken waarin je het portofolio kunt beheren.
Uitdaging 2. De tekening klaarmaken voor de printer. om te printen heb je een ‘slicer’ nodig. een programma dat de tekening bewerkt zodat de printer weet. hoe groot, hoe hoog, hoe dik etc. de ‘slicer’ maakt ook ‘support’. hulpstokjes die er voor zorgen dat overhangende stukken kunnen worden geprint. Bij de Ultimaker printers heb ik gewerkt met Cura als slicer.
Uitdaging 3. Een mooi printje maken! Het vraagt wat oefening om goed te leren werken met dit gereedschap: De eerste hechting, wel of niet brims meeprinten?, De printtijd? tape of lijm als hechtmiddel? Doorvoer van de filamentdraad. Welk filament? Nabewerken. Met wat geduld en wat ‘vallen en opstaan’ is de 3D-printer wel te temmen. Het managen van verwachtingen is een belangrijk deel van het ontwerpproces. kinderen hebben vaak de verwachting dat er met één druk op de knop een perfect werkstuk uitrolt. Helaas… nog niet. We hebben nog jonge ambachtelijke ‘Printmasters’ nodig.